In de Antwerpse polders lag nog niet zo lang geleden Oosterdonk: een dorp van boeren en dokwerkers dat weg moest toen de haven groeide en bleef groeien. De kleine Brecht wordt op sleeptouw genomen door Pietje De Leugenaar: de kruidendokter, tovenaar, filosoof en zonderlinge kluizenaar die in een nauw, soms magisch contact staat met de natuur. Deze zonderlinge figuur predikt met zijn sterke verhalen en parabels het verzet tegen de onteigeningen. Veertig jaar later, op de dag van de begrafenis van zijn vader, keert Brecht Bosmans, een succesvolle televisiemaker, terug naar zijn geboortestreek. Tijdens het begrafenismaal komen de jeugdherinneringen terug: de polders, de oude schoolmeester Moens, zijn jeugdliefde Elza en zijn boezemvriend Walter. Maar het nagelaten briefje met de laatste wens van zijn vader, om Jos Teugels uit te nodigen op de begrafenis, houdt iedereen in de ban. De tongen komen los, gefluisterde verhalen over moord en doodslag doen de ronde. De magie van Pietje de Leugenaar lijkt nog niet verdwenen.